Silogebouwen-QR

SILOGEBOUWEN

Achter de enorme gevel gaan 3 silogebouwen schuil uit verschillende jaren: 1907, 1937 en 1938 -alle drie rijksmonument. Het oudste is ontworpen door de Leidse architect Mulder, de andere door architect Buurman (en enkele toevoegingen door zijn opvolger Schutte). Studio Akkerhuis heeft nu een ontwerp gemaakt om ze te transformeren tot het Hotel De Meelfabriek.

De silo’s dienden vroeger als opslag voor meel en graan. Het oudste gebouw, uit 1907, herken je vanaf de Zijlsingel aan de witte tuitgevel. Dat gebouw was een van de eerste grote gebouwen in Nederland van gewapend beton. Onder de gebouwen op de begane grond zijn veel betonnen kolommen en trechters te zien. De cellenstructuur van de silo’s wordt straks deels opengemaakt, zodat er 127 unieke hotelkamers kunnen komen.

In 1983 – een paar jaar voor de sluiting van de fabriek – werd de betonnen gevel met een zonnewijzer bedekt om de slechte staat van het beton af te schermen. Dit was destijds de grootste verticale zonnewijzer ter wereld. De zonnewijzer functioneert nu alweer een tijdje niet meer en wordt straks helemaal weggehaald. In plaats daarvan komen er lange, verticale glasstroken in de gevel, die licht brengen in de hotelkamers en verwijzen naar de hoge silo’s erachter.

Bouwjaar: 1904, 1937, 1938
Architect: W.C. Mulder / transformatiearchitect: Studio Akkerhuis Architects

Molengebouw en Riffellokaal-QR

MOLENGEBOUW EN RIFFELLOKAAL

Deze twee gebouwen lijken één geheel maar zijn in feite twee aparte rijksmonumenten: het Molengebouw (1947) en het Riffellokaal (1931). Beide zijn ontworpen door de Leidse architect Buurman.

De gebouwen zijn typische voorbeelden van het Nieuwe Bouwen: functioneel, flexibel en technisch vooruitstrevend. De constructie bestaat volledig uit stalen kolommen en liggers – vandaar ook de bijnaam het stalen gebouw. Dit type staalskeletbouw bood veel vrijheid: vloerniveaus werden afgestemd op de machines en door houten vloeren/plafonds konden leidingen eenvoudig worden verplaatst bij veranderende indelingen.

In het Molengebouw werd graan gemalen met stalen walsen. Als deze glad werden, gingen ze naar het Riffellokaal waar ze werden opgeruwd – dit heet riffelen, vandaar de naam.

Van industrie naar wonen en werken
In 2020 kregen de eerste bewoners van de nieuwe loftwoningen hun sleutels. In totaal zijn er 30 lofts gerealiseerd, elk uniek van indeling en grootte – sommige met plafonds tot wel 5 meter hoog. Het oorspronkelijke industriële karakter is overal voelbaar: van de ranke stalen kozijnen tot de houten plafonds en zichtbare stalen kolommen. Bovenop is een nieuwe modern penthouse toegevoegd. Hier zijn ook stalen kolommen en open ruimtes bepalend in het ontwerp, waarmee oud en nieuw stijlvol samensmelten. Op de begane grond bevinden zich sinds 2023 commerciële en sociale ondernemers.

Verduurzaming en restauratie
De transformatie van fabriek naar woning en werken vroeg om slimme ingrepen. De originele staalconstructie werd gestraald, opnieuw geconserveerd en voorzien van brandwerende coating. De houten plafonds zijn zoveel mogelijk behouden of hersteld. De stalen raamkozijnen zijn zorgvuldig gerestaureerd en voorzien van dubbel isolatieglas. De gebouwen zijn volledig gasloos en maken gebruik van een eigen warmte-koudeopslagsysteem. Zo wordt industrieel erfgoed toekomstbestendig.

Bouwjaar: 1947 en 1931 / Opgeleverd 2020 (woningen) en 2023 (commerciële ruimten)
Architect: W.C. Mulder / transformatiearchitect: Studio Akkerhuis Architects